Ga terug naar de Startpagina voor het overzicht van de HEMGENIX®-therapie
HEMGENIX® gebruikt de niet-replicerende, recombinante adeno-geassocieerde virus 5-vector (AAV5) voor de op de lever gerichte introductie van een therapeutisch FIX-Padua-gen.1 Deze zeer actieve FIX-Padua-eiwitvariant genereert een 5 tot 8 keer hogere gemiddelde endogene FIX-activiteit dan het meer gebruikelijke wildtype FIX-eiwit.4,5,6
van de patiënten stopte met routinematige FIX-profylaxe en bleef vrijgesteld van profylaxe1,*
vermindering van het aantal bloedingen op jaarbasis (annualized bleeding rate, ABR) vs. goed uitgevoerde profylaxe in de aanloopperiode1,**
gemiddelde FIX-activiteit na 1,5 jaar en aanhoudend 2 jaar na infusie1,†
Gunstig veiligheidsprofiel1,‡
* In de lopende HEMGENIX® fase 3-hoofdstudie (HOPE-B) bleven 52 van de 54 behandelde patiënten vrijgesteld van eerdere continue routinematige FIX-profylaxe tot en met 24 maanden na behandeling. Twee patiënten reageerden niet op de behandeling met HEMGENIX®: 1 patiënt kreeg slechts 10% van de geplande dosis en 1 patiënt reageerde niet op de behandeling (reeds bestaande AAV5 NAb-titer van 1:4417). Reeds bestaande neutraliserende anti-AAV-antilichamen boven een titer van 1:898 kunnen de expressie van het transgen op het gewenste therapeutische niveau belemmeren en zo de werkzaamheid van de HEMGENIX®-therapie verminderen.1
** De ABR voor alle types bloedingen na stabiele FIX-expressie daalde van een gemiddelde van 4,19 voor de aanloopperiode (alle patiënten hadden een goed uitgevoerde profylaxe) naar een gemiddelde van 1,51 (1-zijdig p=0,0002) in de maanden 7 tot 18 na de dosis.1
† Gemiddelde FIX-activiteit (n=50) op 36,90 (SD 21,40) 18 maanden na toediening en op 36,66 (SD 18,96) 24 maanden na toediening, 34% mediane FIX-activiteit (n=50) behouden op 18 en 24 maanden na toediening, FIX-activiteit gemeten met een FIX-eenstapstest.1
‡ Raadpleeg voor een volledige lijst van bijwerkingen de Samenvatting van de productkenmerken.1
Hemofilie A en B zijn beide monogene, X-gebonden genetische aandoeningen die geschikt zijn voor gentherapie.2,7 Gentherapie voor hemofilie A en B is gericht op het verhogen van de stollingsfactor VIII-spiegels (hemofilie A) of factor IX-spiegels (hemofilie B) door een nieuw functioneel gen of nieuwe coderende sequentie te leveren. Dat resulteert in verbeterde gezondheidsresultaten en het verminderen of elimineren van de noodzaak van routinematige factorprofylaxe.2,8,9
Bekijk de gentherapie voor hemofilie in 7 stappen in deze infographic over het werkingsmechanisme, van AAV-vectorhechting tot eiwitsynthese van stollingsfactoren.
Het robuuste werkzaamheids-, veiligheids- en verdraagbaarheidsprofiel van HEMGENIX® werd aangetoond in HOPE-B, een multinationale fase 3-hoofdstudie.1,10
Aan HOPE-B namen 54 mannelijke patiënten ≥ 18 jaar deel met aangeboren hemofilie B (FIX-activiteit ≤ 2% van normaal), die vóór de screening gedurende ≥ 2 maanden continu FIX-profylaxe kregen.1,2
Vergelijking van het aantal bloedingen op jaarbasis (ABR voor alle bloedingen), tussen HEMGENIX® en profylaxe voor non-inferioriteit, tussen de aanloopperiode van 6 maanden en de 52 weken na stabiele FIX-expressie (maand 7-18).
Het primaire eindpunt is voltooid en de patiëntgegevens van de eerste 24 maanden na de behandeling met HEMGENIX® zijn geëvalueerd. De patiënten worden nog 5 jaar na de toediening van HEMGENIX® opgevolgd.1,2